geboorte van Marius

De krachtige vrouw die Marius Drulman ter wereld hielp.

Margaretha Barnas was eind 50 jaar toen haar neef Willem Adolf Barnas haar hulp inriep voor zijn dochter Jo. In oktober 1911 was Jo (toen 26 jaar) in Arnhem zwanger geworden van kostganger Marius Janssen. De bedrogen echtgenoot van Jo, Johan David Drulman, had zijn gezin met twee kinderen in woede in de steek gelaten en likte zijn wonden bij zijn ouders in Amsterdam. En ook bij de familie Janssen in Rotterdam was er ontsteltenis.

Nadat de familie Janssen van de eerste paniek  was bekomen bedacht zij een plan. Daarop kom ik  later uitgebreid terug. Maar deel van het plan was dat de afwikkeling van Jo’s zwangerschap in Amsterdam zou plaatsvinden.  Begin januari 1912 kreeg Jo woonruimte in de 3e Oosterparkstraat 110 op één hoog. Haar kinderen verbleven bij de ouders van Johan David.

Jo stond er verder alleen voor in Amsterdam. Haar enige steun en toeverlaat was tante Margaretha.

in het midden: Margaretha Barnas, rechts dochter Johanna Margaretha; met dank aan H.Douma voor de foto

Margaretha woonde op een kwartier loopafstand van Jo en was regelmatig bij haar. Margaretha, als jong kind opgegroeid  in het Haarlemmer Weeshuis, had een werkzaam leven als dienstbode achter de rug en tegenslagen waren haar niet bespaard gebleven. Maar de altijd behulpzame vrouw gaf haar steun opnieuw, nu aan Jo. En die steun ging ver. Zover zelfs dat ze niet op de trouwerij van haar eigen dochter aanwezig was omdat ze op dezelfde dag, 4 juli 1912, hielp bij Jo’s bevalling. Op die dag werd Marinus Johannes Drulman geboren, die later bekendheid zou krijgen als de Rotterdamse havenschilder M. de Jongere.

In 1914 trouwden Marius Janssen en Jo Barnas en enkele jaren later werd in dit huwelijk dochter Margaretha Maria (die Riet werd genoemd) geboren, vernoemd naar de krachtige tante.